Hölderlin(2)

“De brieven van Hölderlin weerspiegelen een tijdperk
in al zijn toonaarden, literaire bemoeienissen,
maatschappelijke verwikkelingen en
stilistische kenmerken.”
(Kester Freriks)

zie: lettre/Brief/letter/brief(6)

pen

Aan Casimir Ulrich Böhlendorff
Nürtingen, vermoedelijk november 1802

Mijn beste!

Ik heb je lange tijd niet geschreven, ben intussen
in Frankrijk geweest en heb er de treurige eenzame
aarde gezien, de herders in het zuiden van Frankrijk
en vereenzaamde schoonheden, zowel mannen als vrouwen,
opgegroeid in de angst voor twijfel aan het patriottisme
en honger.
Het geweldige element, het vuur van de hemel,
en de stilte en vrede van de mensen, hun leven in de natuur
en hun toewijding en berusting hebben mij voortdurend
aangegrepen, en zoals men de held nazegt kan ik wel zeggen
dat Apollo mij heeft geslagen. I
n de streken die aan de Vendée grenzen, heeft mij het wilde,
het krijgshaftige geïnteresseerd, het puur mannelijke
dat het levenslicht rechtstreeks laat stralen in ogen
en ledematen en dat zich in doodsangst als bevlogen
door virtuositeit waant en zijn dorst om te weten lest.
(…)
Ik had het nodig, na talloze beklemmende en kwellende
woelingen van mijn ziel voor enige tijd tot kalmte te komen,
en daarom verblijf ik inmiddels in mijn geboortestad.
De natuur van het moederland ontroert me ook des te dieper
naarmate ik haar meer bestudeer.
Het bliksemend noodweer, niet alleen in zijn
hoogste verschijning maar zelfs in de aanblik
als een macht en een gestalte, en tevens
in andere uitdrukkingsvormen van de hemel,
het licht in al zijn schakeringen, nationaal
en zich als heilig beginsel en noodlot ontwikkelend,
zijn bewegingen van opkomst en ondergang,
het karakteristieke van de bossen en het samenvallen
van verschillende gestalten van de natuur in dezelfde streek,
zodat alle heilige oorden van de wereld te zamen zijn
rondom een oord, en het filosofisch licht dat mijn venster
omstraalt is nu mijn vreugde; o. dat ik behouden mag blijven
zoals ik tot hier terecht ben gekomen.
(…)
Schrijf me toch snel.
Ik heb je zuivere tonen nodig.
De ziel die heerst onder vrienden, het ontstaan
van gedachten in gesprek en brief
zijn voor kunstenaars onontbeerlijk.
Anders hebben wij zelfs niemand voor onszelf;
maar behoort hij tot het heilige beeld dat wij vormen.
Het ga je oprecht goed.
Je
H.

Uit: Friedrich Hölderlin.
Onder een ijzeren hemel. Brieven.
Vertaald, bezorgd en van een nawoord voorzien
door Kester Freriks.
Uitgeverij De Arbeiderspers

zie: Hölderlin(1)
zie: Hölderlin(3)
zie: “als water van rotsklip tot rotsklip geworpen
zie: Pinus halepensis
zie: Ins freie
zie: Der Sommer
zie: Paper-logweb

16 thoughts on “Hölderlin(2)”

  1. “Want troosten kunnen beelden eerst, als zij herkent worden.”

    Fragment uit: Aangaande Hölderlin – C.O. Jellema

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *